De titel van je boek is niet voor niets ‘Daarom zijn boeren boos’. Waar zit volgens jou de kern van die boosheid, als we kijken naar hoe we in Nederland – en vooral in Noord-Holland Noord – met onze ruimte omgaan?
“De kern van de boosheid is dat alle maatschappelijke ambities op het gebied van milieu, natuur en stikstof uiteindelijk op het erf van de boer terechtkomen. Boeren kunnen hun verkoopprijzen nauwelijks beïnvloeden, terwijl ze wél te maken krijgen met stijgende kosten en steeds veranderende regels. Dat maakt hen buitengewoon kwetsbaar. Het echte probleem is dat de politiek al decennia geen duidelijke keuzes maakt in de ruimtelijke ordening. Daardoor weten boeren niet waar ze aan toe zijn, terwijl het land steeds voller loopt. En dat leidt tot frustratie, onbegrip en uiteindelijk – boosheid.”
Veel jonge boeren willen innoveren en duurzamer werken, maar hebben moeite om aan grond te komen. Wat zou er volgens jou moeten veranderen om hen een eerlijke kans te geven?
“Daar is duidelijke ruimtelijke planning voor nodig. Grond voor boeren moet ook echt beschikbaar zijn voor boeren, en niet voor andere functies. Tegelijk blijft grond schaars en duur. Een overheidsgrondbank is waarschijnlijk niet realistisch, maar samenwerking tussen boeren en beleggers in grondfondsen lijkt me een logische en kansrijke route. Zo kunnen jonge boeren toch toegang krijgen tot grond en hun bedrijf duurzaam opbouwen.”
Nederlandse boeren produceren voedsel van hoge kwaliteit en zijn vaak koplopers in de wereld. Waarom lijkt het dan toch alsof landbouw steeds minder ruimte krijgt?
“Dat is een direct gevolg van dertig jaar stilstand in het ruimtelijk beleid. Er zijn geen keuzes gemaakt over waar we wél en waar we níet willen boeren. Daar hebben ze zelf ook aan bijgedragen door bijvoorbeeld niet voor een Agrarische Hoofdstructuur te pleiten en duidelijk te maken waar ze aan landschapsonderhoud konden doen. Maar dat betekent niet dat het een verloren zaak is. Juist in Nederland liggen nog steeds enorme kansen, mits we bereid zijn het landschap opnieuw te ordenen en keuzes durven te maken.”
Precisielandbouw maakt het mogelijk om efficiënter en duurzamer te werken. Denk je dat dit dé oplossing is om landbouw een plek te blijven geven in een druk land als Nederland?
“Precisielandbouw kan zeker bijdragen, maar ik geloof meer in een bredere visie. De toekomst ligt volgens mij in de combinatie van schoon werken én het onderhouden van een aantrekkelijk, biodivers landschap. Die twee elementen samen vormen de maatschappelijke legitimatie voor de Nederlandse land- en tuinbouw in de komende twintig jaar. Daar wil ik het op het congres ook uitgebreid over hebben.”
Stel dat je morgen verantwoordelijk bent voor de indeling van Noord-Holland. Hoeveel ruimte zou je dan voor landbouw vrijmaken – en waarom?
“Ik zou eerst bepalen waar landbouw duurzaam mogelijk is – en onder welke voorwaarden. Daar zou ik vervolgens ook echt ruimte voor reserveren. Niet als bijvangst van andere plannen, maar als hoofdzaak. Boeren hebben recht op duidelijkheid, zodat ze kunnen investeren en plannen op de lange termijn. Ruimte voor landbouw is daarmee ook ruimte voor voedselzekerheid, natuurbeheer én een leefbaar platteland.”
Greenport Noord-Holland Noord Jaarevent ‘Grenzen aan Groei’
Dick Veerman is een van de hoofdsprekers tijdens het Greenport Noord-Holland Jaarevent ‘Grenzen aan groei’, dat plaatsvindt op woensdag 15 oktober in de Drafbaan in Alkmaar. Samen met onder andere Alex Datema, directeur Food & Agri Rabobank Nederland, gaan we in gesprek over de toekomst van agri in Noord-Holland Noord. Dick zijn pleidooi: geef boeren helderheid, beleid én ruimte. De aanmeldingen voor het Jaarevent gaan snel, meld je aan en zorg dat je erbij bent.
>Jaarevent Grenzen aan Groei | Hoe verdelen we de ruimte in de verstuin van Nederland