NLG-voorzitter Colja Corts opende de dag met een terugblik op tien jaar NLG Holland. De coöperatie begon als een kleine groep telers die bodembeheer in de praktijk wilden brengen. Inmiddels is het uitgegroeid tot een vereniging met twaalf leden, bestaande uit duurzame bloembollenkwekers verspreid over zand- en kleigronden in Noord-Holland. Centraal in de samenwerking staan duurzaamheid, kennisuitwisseling en innovatiekracht.
Gastheer met visie op biodiversiteit
De Open Dag vond plaats bij Kreuk Bloembollen in Callantsoog. Gastheer Rob Kreuk gaf de aanwezigen een inkijk in zijn bedrijf, waar duurzaamheid en biodiversiteit nadrukkelijk worden meegenomen in de bedrijfsvoering. Investeringen in zonnepanelen, accu’s en zonnewarmte hebben geleid tot een aanzienlijke reductie van het stroom- en gasverbruik. Tegelijkertijd zet Kreuk in op versterking van de biodiversiteit door een bloemrijk landschap dat zorgt voor bestuiving en ecologisch evenwicht. Dit levert niet alleen gezonde bollen op, maar ook een bijdrage aan een gezonde leefomgeving, inclusief de productie van eigen honing.
Gewasbeschermingsmiddelen: tussen perceptie en praktijk
Een belangrijk deel van het programma stond in het teken van gewasbescherming en de maatschappelijke discussie rondom chemie.
- Simon Rozendaal, chemicus en oud-journalist, hield een scherp betoog over wat hij noemde “gifgekte” en “chemofobie”. Volgens hem is de publieke perceptie rond chemische middelen vaak irrationeel, mede doordat zelfs minuscule residuen meetbaar zijn en zo onnodige zorgen oproepen. Rozendaal benadrukte dat het gebruik van middelen de afgelopen decennia fors is afgenomen, zowel in hoeveelheid als toxiciteit. Zijn boodschap: “We zijn al behoorlijk duurzaam bezig. Houd het hoofd koel en gebruik vooral gezond boerenverstand.”
- Stef Ruijter van Ruijter Wever Bloembollen in Andijk betrad het podium om te vertellen over de praktijkervaring van een jonge generatie teler. Hij liet zien hoe precisietechnieken bijdragen aan verminderd middelengebruik en hoe oude inzichten opnieuw waardevol blijken wanneer gecombineerd met moderne technologie. Centraal in zijn aanpak staat het bevorderen van een weerbare bodem, waarbij het bodemleven wordt ondersteund door het kweken en toedienen van nuttige schimmels en nutriënten uit de eigen omgeving.
- Martina Vijver (Universiteit Leiden) en Peter Leendertse (CLM) boden vervolgens een tegenwicht aan de presentatie van Simon Rozendaal. Zij onderstreepten dat ondanks de vooruitgang, middelen vaak een chronische aanwezigheid in het ecosysteem hebben, met negatieve effecten op biodiversiteit en vitaliteit. Minder soorten insecten en een kwetsbaarder ecosysteem zijn daarvan het gevolg. Hun oproep: versnel de transitie naar niet-chemische bestrijding en natuurlijke alternatieven. Leendertse benadrukte dat boeren zelf het initiatief moeten nemen, maar daarbij gesteund moeten worden door overheid en ketenpartijen.
“Blijf in gesprek met de omgeving”
Gedeputeerde Jelle Beemsterboer complimenteerde NLG met tien jaar samenwerking en onderstreepte de vooruitgang in verduurzaming. Hij noemde de bollensector een voorloper als het gaat om innovatie en waterkwaliteit, maar waarschuwde dat het maatschappelijk debat over middelengebruik alleen maar sterker wordt. Zijn boodschap: “Een gezonde bodem moet centraal staan. En blijf vooral in gesprek met de omgeving. Organiseer bijvoorbeeld jaarlijks een barbecue voor omwonenden. Dat schept begrip en voorkomt veel vaker problemen dan een rechtszaak.”








