Rien van Tilburg is als voorzitter van het College van Bestuur verbonden aan het Clusius College en stond mede aan de basis van GreenPort NHN. Inmiddels is hij alweer een poosje voorzitter van het stichtingsbestuur. Van buiten is het dan misschien niet te zien, maar als je Rien hoort praten weet je het eigenlijk al zeker: hij heeft een groen hart dat klopt voor groen onderwijs.
“De agrarische sector is een van de meest innovatieve sectoren van ons land. Ontwikkelingen volgen elkaar razendsnel op, zeker in tuinbouw en zaadveredeling maar ook in bollenteelt en vollegrondsgroenten. Het is prachtig om deel uit te maken van een sector waar we allemaal dagelijks mee te maken hebben, zowel bewust als onbewust. We hebben allemaal voedsel nodig en we halen massaal bloemen en planten in huis en tuin om van te genieten. Nou hoeft niet iedereen continu stil te staan bij waar deze producten vandaan komen, maar een groter besef van de herkomst van onze producten is zeker waardevol: het maakt dat we ons meer betrokken en verbonden voelen bij het agrarische leven. En dát is weer belangrijk omdat we bijvoorbeeld voldoende instroom van jongeren in de sector nodig hebben om aan onze vraag te kunnen voldoen. Als hoofd van een onderwijsinstelling maar ook gewoon als ‘burger’ kan ik niet genoeg benadrukken hoe belangrijk de groene sector voor onze samenleving is en welke mooie banen er in het verschiet liggen.”
Erkenning
“Voordat GreenPort NHN werd opgericht vond er vanzelfsprekend ook al veel overleg plaats tussen partijen in de groene sector. Daar zat echter minder structuur in en dat zorgde voor minder efficiëntie. Onder de vlag van GreenPort NHN hebben ondernemers, onderwijs en overheid de handen ineen geslagen om intensiever samen te werken en ons gebied verder op de kaart te zetten en om samen het bedrijfsleven te ondersteunen en te stimuleren. De formele benoeming tot één van de zes Nederlandse Greenports in 2012 was een feestelijk moment en een moment van erkenning.”
Grote en kleine successen
“Door de jaren heen zijn er al veel grote en kleine successen behaald. Er zijn diverse grote Europese subsidies verkregen en we horen bij de eersten die zo actief bezig zijn op het gebied van voeding en gezondheid, bijvoorbeeld door het partnerschap met het Westfries Gasthuis in Hoorn dat tegenwoordig met verantwoord geteelde streekproducten werkt. Daarnaast is Greenport NHN zeer actief in de samenwerking met het onderwijs. De AgriTech Campus is daar een mooi voorbeeld van. We zien dat onderwijs en het bedrijfsleven steeds dichter bij elkaar komen. Het is natuurlijk geen kwestie van ‘u vraagt, wij draaien’, dat kan niet in het onderwijs, maar we zien dat we als onderwijsinstelling nu veel meer direct feedback krijgen vanuit het bedrijfsleven. Dat is waardevol, onder andere omdat het vaak concrete informatie is. Dat proberen we zo goed mogelijk in te passen in onze opleidingen, zonder afbreuk te doen aan de basis van die opleiding en het vereiste kwalificatieproces. Het is noodzakelijk dat voldoende jongeren kiezen voor de agrarische sector: we hebben ze nodig. Het helpt om te laten zien dat er ontzettend veel mogelijkheden zijn en dat je met je opleiding ook daadwerkelijk aan de slag kunt in de praktijk, of je nou mbo, hbo of wo doet.”
Efro-project Evergreen en Clusiuslab
We doen mee met het Efro-project Evergreen met het ClusiusLab, onze praktijkleervoorziening van het Clusius College in Hoorn. Onder de naam LivingLab Evergreen is een test-opstelling gemaakt waar onze studenten allerlei proeven doen in opdracht van ondernemers, met name over teelt. De ondernemers leveren een onderzoeksvraag aan en de studenten gaan hiermee aan de slag in de vorm van onderzoeken. In het lab zijn twee hydroponics geplaatst waar de studenten mee werken: een systeem om op eenvoudige wijzen gewassen te kweken op water. Het contact met de opdrachtgevers en het feit dat je als student daadwerkelijk een relevante bijdrage kunt leveren werkt zeer motiverend. En via het lab worden ondernemers nauw betrokken bij het onderwijs van deze tijd.”
Het veld in
“De laatste tijd zie ik dat we samen steeds vaker het veld in gaan: onderwijs, overheid en het bedrijfsleven. De lijnen worden korter en we zijn meer bereid om van elkaar te leren. Zelf breng ik ook regelmatig een bezoek aan bedrijven, hoewel het altijd meer zou kunnen en mogen zijn. We bieden onze docenten de mogelijkheid om zelf bedrijfsstages te volgen, zodat ze voeling houden met het bedrijfsleven, ontwikkelingen en technieken. Overigens zie ik dat onze docenten stuk voor stuk het liefst dagelijks de praktijk volgen, maar dat dit soms wordt belemmerd door de hoeveelheid andere werkzaamheden die gedaan moet worden: het is een uitdaging hierin onze weg te vinden. Dat geldt ook voor ondernemers die voortdurend te maken krijgen met nieuwe of aangepaste regels. Enerzijds zorgen die regels ervoor dat we in ons land alles onbezorgd kunnen eten en drinken omdat de voedselveiligheid hoog is, anderzijds kan ik me voorstellen dat al die regels het soms lastig maken om daadwerkelijk te innoveren. Dat is trouwens geen verwijt richting de overheid, maar wel iets waar we alert op moeten zijn. En dus voeren we ook binnen GreenPort NHN gesprekken over vereenvoudiging en vermindering van regelgeving. Niet alleen vanuit ondernemers náár de overheid, maar vooral mét elkaar. Dat is waardevol.”
Meer nieuws
Winnaar publieksprijs Agrarisch Ondernemer van het Jaar: "Ik kan echt gelukkig worden van onze grond"

Netcongestie tegengaan met een virtueel lokaal energiesysteem
