Traditioneel wordt in de bloembollenteelt in het najaar geploegd, vlak voor het planten van de bollen. Nico legt uit waarom hij hiervan afwijkt: “Binnen de NLG Holland-groep hebben we geleerd dat je het bodemleven zoveel mogelijk met rust moet laten. Elke bewerking verstoort dat evenwicht en vermindert de weerbaarheid van de bodem. Toch willen wij blijven ploegen, omdat je schone grond nodig hebt om bollen te telen, vrij van oude bollen, schimmels en onkruidzaden. Daarom ploegen we nog steeds, maar dan in de zomer. De grond krijgt zo tijd om tot rust te komen voordat de bollen erin gaan. Mijn zoon stelde het voor, en ik dacht: laten we het proberen.”
Sindsdien worden de werkzaamheden bij Blokker Bloembollen al in augustus uitgevoerd, volgens een vaste volgorde: eerst ploegen, vervolgens direct een groenbemester zaaien, en daarna compost uitrijden om de bodem te voeden en stuiven te voorkomen. Doordat dit in de droge zomerperiode gebeurt, zijn de omstandigheden gunstiger. “In de herfst kun je nog weleens vastlopen met natte grond,” zegt Nico. “In de zomer heb je meer speling en kun je wachten op een mooie dag.”
Groenbemesters en compost bovenop
Na het ploegen en zaaien blijft het perceel enkele maanden met rust. Pas twee weken voor het planten – eind oktober of begin november – wordt de groenbemester geklepeld en gemulcht. Opvallend aan de ‘methode Blokker’ is dat de mulch en compost niet worden ondergewerkt, maar als voedende laag bovenop de bodem blijven liggen. De bollen worden direct hierin geplant. Volgens Nico heeft dit belangrijke voordelen. De groenbemester voedt het bodemleven en voorkomt uitspoeling van nutriënten, terwijl de compost zorgt voor extra organische stof in de bovenlaag.
Nico Blokker: ‘Net zoals mensen profiteren van een gevarieerd dieet, geldt dat ook voor bollen’
“Eigenlijk plant je de bollen in een buffet van voeding,” zegt Nico. “Net zoals mensen profiteren van een gevarieerd dieet, geldt dat ook voor bollen.” Na het planten volgt een dun laagje stro. Dat voorkomt stuiven, brengt lucht in de grond en houdt de bodemstructuur open in de winter. Bovendien zorgt het voor een stabielere bodemtemperatuur, wat het bodemleven verder stimuleert.
Spectaculaire opbrengst
De eerste proef met de nieuwe ploegmethode vond plaats in het seizoen 2023/24 met narcissen. “Dat leverde een mooi resultaat op,” vertelt Nico. “De bollen bevatten meer kalium dan normaal, wat ons vertrouwen gaf om door te gaan.” Het volgende seizoen volgde een tweede proef, ditmaal met de tulp Mystic van Eijk. De resultaten werden nauwkeurig gevolgd met hulp van Peter Boskamp van adviesbureau TTW Systems. “Elke twee weken maten we looflengte en gewichten van loof en bollen,” legt Peter uit. “Bij zowel narcissen als tulpen zagen we duidelijk meer loof. Het groeide sneller, bleef langer vitaal en stond hoger. Meer loof betekent meer assimilatie en dus meer bolgroei. Bij de tulpen leidde dat zelfs tot een spectaculaire opbrengst: bijna een derde meer dan bij de reguliere teelt.”

Nico bevestigt dat beeld: “Ik zie het ook met mijn eigen ogen. De bollen zijn groter en zwaarder. Die meeropbrengst had ik echt niet verwacht.” Toch blijft hij voorzichtig: “De proef met narcissen viel in een nat jaar, en bij de tulpen was het juist droog en zonnig. Dat soort invloeden spelen altijd mee. We moeten dit dus meerdere seizoenen herhalen om betrouwbare conclusies te trekken.”
Aandachtspunten
Zijn er ook nadelen? Volgens Nico nauwelijks. “Een praktisch punt is de plantbedbereiding. Door de mulchlaag ligt het land wat grover, minder strak dan bij traditionele teelt. Voor ons is dat geen probleem; met de pijpenplanter gaat het prima. Maar telers die met een boot planten, moeten rekening houden met een wat ruiger oppervlak.”
Een ander aandachtspunt is stikstof. TTW meet regelmatig de stikstofbeschikbaarheid in de bodem. “In de proefvelden komt veel meer stikstof vrij dan bij de reguliere methode,” zegt Peter. “Dat is interessant in een tijd waarin de stikstofruimte steeds beperkter wordt.” Volgens Nico blijft de bollenkwaliteit ondanks die hogere stikstofwaarden uitstekend: “De voeding zit bovenin de bodem, dicht bij de bollen. Ze hebben elke dag gezond eten binnen handbereik. Dat maakt ze weerbaarder tegen ziekten en virussen.”
Eerste navolgers
De successen van Blokker Bloembollen blijven niet onopgemerkt. De gebroeders Hulsebosch gaan de methode dit seizoen toepassen op drie hectare narcissen. “Ze vroegen of ze het moesten proberen,” vertelt Nico. “Ik zei: absoluut doen. Zij gebruiken een mix van haver en mosterd als groenbemester, net als wij vorig jaar. Zelf stap ik dit seizoen over op alleen haver, omdat dat minder onkruid geeft. Nu we minder middelen mogen gebruiken, worden we kritischer op onkruidbeheer.”
Nico Blokker: ‘Hogere opbrengsten, betere kwaliteit, minder behoefte aan kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen, en een vitaler bodemleven. De resultaten spreken voor zich.”
Gezien de positieve resultaten zetten Nico en Pim de proef voort. Op één hectare wordt opnieuw de Mystic van Eijk geplant, onder dezelfde condities als vorig jaar – maar nu met alleen haver als groenbemester. “We willen weten of de cijfers zich herhalen en of het voordeel structureel is. Dat vraagt om meerdere seizoenen meten. Maar de eerste signalen zijn duidelijk: hogere opbrengsten, betere kwaliteit, minder behoefte aan kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen, en een vitaler bodemleven. De resultaten spreken voor zich.”
In de toekomst wil Nico nog nauwkeuriger meten hoeveel mineralen daadwerkelijk door de gewassen worden opgenomen. “Ons vermoeden is dat er minder nutriënten uitspoelen. Als we dat kunnen aantonen, hebben we een methode die niet alleen economisch rendabel, maar ook ecologisch sterk staat.”
Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door steun vanuit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), via het programma Kansen voor West.