Cruciaal daarbij is het functioneren van de warmtekrachtkoppelingen (WKK’s) waarmee de Nederlandse glastuinbouw nu nog aanzienlijke hoeveelheden elektriciteit produceert. Glastuinders gebruiken deze elektriciteit voor een deel zelf, het restant wordt geleverd aan het net terwijl warmte en CO₂ in de kassen worden gebruikt voor de teelt en uiteindelijk voor de productie van de gewassen.
WKK’s voorlopig onmisbaar
Op dit moment zijn de aardgas-WKK’s van glastuinders volgens BlueTerra onmisbaar voor het in balans houden van het elektriciteitsnet. Maar vanwege de ambitie om in 2040 klimaatneutraal te zijn, moeten de aardgas-WKK’s geleidelijk worden uitgefaseerd. Dat is voor de sector een grote uitdaging. Jeroen Larrivee, energie-expert Glastuinbouw bij BlueTerra, concludeert in het factsheet dat de inzet van aardgas-WKK’s verschuift richting regelvermogen en noodvermogen. Het aantal draaiuren zal behoorlijk afnemen, maar tegelijk blijven de WKK’s onmisbaar in de transitieperiode tot circa 2040.
Kansen voor Waterstof-WKK
BlueTerra wijst erop dat glastuinders meer gaan werken met apparaten als elektrische boilers, batterijen en warmtepompen. Daarbij zetten ze steeds meer in op het flexibel kunnen afnemen van elektriciteit, bijvoorbeeld voor belichting of het vullen van batterijen en warmtebuffers. Dit kan voor een deel een oplossing zijn voor het ontlasten van de elektriciteitsnetten die steeds vaker vol dreigen te raken.
Op termijn ontstaan er mogelijk kansen voor waterstof-WKK’s of groen gas-WKK’s, speculeert Blue Terra in een begeleidend schrijven. De potentie van dergelijke nieuwe energiebronnen moet blijken uit onderzoeks- en pilotprojecten. Maar innoveren blijft nodig als de sector een rol wil blijven spelen in het toekomstige elektriciteitssysteem, luidt de conclusie van van het adviesbureau.